De vakantieparken van Peter Gillis staan opnieuw in de schijnwerpers. De ondernemer kreeg recentelijk weer een boete opgelegd vanwege illegale bewoning op een van zijn parken. Dit volgen nieuwe ontwikkelingen, iets dat helaas niet nieuw is voor Gillis, wiens vakantieparken al vaker in opspraak kwamen. Ditmaal gaat het over park Prinsenmeer, waar ondanks herhaalde waarschuwingen nog steeds mensen illegaal verblijven. Deze geboekte evoluties blijven zowel Peter als de gemeenschap bezighouden en baren zorgen omtrent de toekomst van deze ondernemingen.
Peter Gillis had al eerder problemen met vergunningen op zijn parken. Hij verloor horecavergunningen van enkele locaties en kreeg geen exploitatievergunning voor Prinsenmeer. Dit dwong hem om de exploitatie van zijn Nederlandse vakantieparken over te dragen. Ondanks deze maatregelen blijft hij nog wel eigenaar van het vastgoed op deze plekken.
De exploitatie van de vakantieparken werd hoogstwaarschijnlijk overgenomen door zijn dochter. Ondanks de overdracht blijven de parken onder dezelfde naam opereren en behouden de medewerkers hun baan. Deze regeling gaf Gillis enige opluchting, hoewel hij toegaf dat het voor hem moeilijk was om afstand te doen van de directe bedrijfsvoering.
Volgens Gillis is het essentieel dat zowel medewerkers als gasten kunnen blijven genieten van betaalbare vakanties. Toch ontweek hij de controverse niet, aangezien de aanwezigheid van arbeidsmigranten op zijn parken voor veel opschudding zorgde omdat dit illegaal was.
Daarnaast wist Peter de Bibob-toets, een test voor betrokkenheid bij criminele activiteiten, niet te halen. Dit leidde tot de sluiting van park Prinsenmeer. Bovendien kreeg hij een dwangsom opgelegd van 50.000 euro wegens illegale bewoning.
In maart besloot de gemeente Asten dat na 15 september niemand meer op Prinsenmeer mocht wonen. Hoewel deze datum inmiddels gepasseerd is, wonen er nog steeds mensen op het park, hetgeen Peter in juridische problemen brengt.
De bewoners van het park zijn boos op Gillis en voelen zich in de steek gelaten. Op woensdag dient er een kort geding waarin Gillis eist dat negen bewoners die er nog verblijven, vertrekken. De bewoners hebben echter geen alternatief onderdak, wat de situatie complexer maakt.
In april woonden er nog circa 130 mensen in vijftig chalets op Prinsenmeer. Eind vorig jaar trok de gemeente Asten alle vergunningen in, waardoor recreatie op het park niet langer was toegestaan. Permanente bewoning was al langer illegaal, maar vond desalniettemin in de praktijk plaats.
De gemeente dringt nu nog meer aan op het vertrek van de bewoners. De recente ontwikkelingen blijven vragen oproepen over de toekomst van Gillis’ vakantieparken. Zijn naam komt opnieuw onder de aandacht vanwege deze voortdurende uitdagingen en de ongewisse toekomst voor de betrokken bewoners en medewerkers.
De situatie rondom Peter Gillis en zijn vakantieparken onderstreept de complexiteit van het runnen van dergelijke ondernemingen onder strikte wet- en regelgeving. Het toont aan hoe belangrijk het is om alle vergunningen op orde te hebben en zich aan regels te houden om juridische problemen te voorkomen. Gillis’ recente ervaringen kunnen als waarschuwing dienen voor andere ondernemers in de recreatiebranche. De voortdurende ontwikkelingen zullen nauwlettend gevolgd worden, aangezien deze impact hebben op zowel de eigenaren als de mensen die verblijven in en werken voor zijn parken.
Vond je dit een interessant artikel? Deel het op facebook met je vrienden en familie.